Maandelijks Af en toe hoop ik hier een tangotekst in Nederlandse vertaling te brengen, met een beetje commentaar waar nodig. Het kan vriezen, het kan dooien, dus misschien iets min of meer frekwent al naargelang inspiratie en beschikbare tijd.
Verzoekjes zijn mogelijk maar worden niet noodzakelijk ingewilligd : soms gaat het boven mijn petje (bvb. door excessief gebruik van Lunfardo, het equivalent van het Bargoens in Buenos Aires), of ook om dat ik het niet echt de moeite vind om er tijd in te steken - het is niet al goud wat blinkt.
Johan
|
Muziek : Lucio Demare - Tekst : Homero Manzi We zullen wel nooit weten wat er precies met de kleine Maria gebeurd is. Haar trieste lot contrasteert met de bijna vrolijke milonga-candombe muziek (nog duidelijker in de versie van Osvaldo Fresedo). Ook de tekst zelf heeft iets luchtigs: bijna dezelfde structuur wordt gebruikt voor het goede én het slechte nieuws. Er is nogal wat te doen rond de Afrikaanse (of op zijn minst zwarte) oorsprong van de tango. Het zijn doorgaans zeer geleerde heren die dat beweren, alleen : vanaf pakweg 1910 (het begin van de op plaat gezette tango) tot een eind in de dertiger jaren merk je daar weinig van. Met Piana-Manzi duiken dan de ritmische milongas op, en ook soms, zoals hier, een "zwart" tema. Een vorm van exotisme?, eerder een late adaptatie dan een invloed ? Hetzelfde geldt voor de candombes, voor 1940 zijn ze nauwelijks te vinden in het tangomilieu. Pas vanaf dan duiken ze op... maar in een zeer gemodifieerde vorm, nauwelijks vergelijkbaar met de zeer percussie-gerichte candombe zoals die nog in Montevideo voortleefde (zie bvb. Romeo Gavioli, en ook www.candombe.com, "ritmo afro-uruguayo"). |
Bruna, bruna nació María |
Zwart, zwart werd Maria geboren Vertaling : Tangoteca - 2005/10
|
Discografie (selectie)
|
Leguisamo & Gardel |
Muziek : Carlos Gardel - Tekst : Alfredo Le Pera Een verzoekje... Ik beken: ik word nooit een échte tanguero. Daarvoor ligt sport mij onvoldoende nauw aan het hart. Maar (en het zal sommigen met een al te romantische, en dus vertekende, visie op tango misschien verbazen) in de tango kan je daar niet om heen. Ze zijn niet te tellen de tango's met sportieve themas: van de dromen van het jonge voetballertje (El sueño del pibe) tot clubhymnes (Racing Club, Boca Juniors...), odes aan voetballers (El Mortero del Globito) en boksers (Muñeco Al Suelo). Misschien nog belangrijkst (en talrijkst) van al de tango's in verband met die Argentijnse obsessie, de paardenrennen (el turf): de "tangos burreros" en "milongas turfísticas" Bajo Belgrano, Leguisamo Solo,Palermo, Soy una fiera, Milonga que peina canas en vele andere. Carlos Gardel zelf was een paardenliefhebber. Hij bezat meerdere renpaarden waaronder het beroemde Lunático, bereden door de jockey Irineo Leguisamo. Hij componeerde deze tango voor de film "Tango Bar" (1935), zoals meestal in die tijd, in samenwerking met tekstschrijver Alfredo Le Pera. Alhoewel sommigen in de combinatie van gokverslaving en amoureuze perikelen een hogere vorm van meerlagigheid menen te ontwaren, kan deze tekst (om het zacht uit te drukken) mij niet echt bekoren. Door zijn Hollywood
filmcarrière
( "Scent of a woman", 1992 met Al Pacino en "True Lies", 1994 met
Arnold
Schwarzenegger) raakte deze tango canción ook buiten de
tangowereld
bekend, misschien wel beschouwd als een typische danstango. Ik kan mij
echter niet herinneren deze ooit gehoord te hebben in een milonga in
Buenos
Aires en in mijn eigen bescheiden tango-DJ carrière ben ik nooit
in de verleiding gekomen één van de vele beschikbare
versies
te gebruiken. |
Por una cabeza de un noble potrillo |
Met een koplengte verschil, van een edel renpaard Vertaling : Tangoteca - 2007/05
|
Discografie (selectie)
|
|
Muziek : Roberto Grela - Tekst : Francisco Gorrindo Het zou de mid-life crisis van een veertiger kunnen zijn, maar daar slaat de titel niet op. "Cantar las cuarenta" is een uitdrukking die zoveel wil zeggen als : eens flink zijn gedacht zeggen. De tekst laat het niet vermoeden maar de auteurs waren toen (in 1937) beiden nog vrij jong : Francisco Gorrindo was 29 en Roberto Grela amper 24. Roberto Grela zou later uitgroeien tot één van de belangrijkste tangogitaristen (onder andere samen met Anibal Troilo en Leopoldo Federico). Francisco "Froilán" Gorrindo werd tekstschrijver voor D'Arienzo (Paciencia), Lomuto (Mala Suerte) en Biagi (Gólgota) Een tekst die niet echt bij de leeftijd van de auteurs past ? Maar het kan nog straffer (wordt vervolgd). |
Con el pucho de la vida |
Met de peuk van het leven, Vertaling : Tangoteca - 2007/05
|
Discografie (selectie)
|
|
Tekst en Muziek : María Elena Walsh Mijn eigen bescheiden bijdrage
aan het
project |
El mundo nunca ha sido para todo el mundo |
De wereld is nooit voor iedereen geweest Vertaling : Tangoteca - 2007/05
|
Discografie
|
Yves Leterme bij het Atomium |
Tekst : Dante A. Linyera - Muziek : Enrique Mónaco Ik heb uit goede bron vernomen
dat Yves
Leterme, gevraagd om La Cumparsita te zingen, |
Te lo bato a la sans façon |
Ik zeg je "à la sans façon" Vertaling : Tangoteca - 2007/09
|
Discografie
|
Cobián & Cadícamo |
Tekst : Enrique Cadícamo - Muziek : Juan Carlos Cobián "Los Mareados" behoort zeer waarschijnlijk tot de top-tien van het actuele tangorepertoire (zowel instrumentaal als gezongen) maar daar is een lange geschiedenis aan vooraf gegaan. "Los Dopados" ("De gedrogeerden"), want zo luidde de oorsponkelijke titel, werd omstreeks 1920 gecomponeerd door Juan Carlos Cobián voor een gelijknamig toneelstuk (op tekst van Raúl Doblas en Alberto Weisbach). Er werden slechts een paar plaatopnames van gemaakt, o.a. een instrumentele versie door Osvaldo Fresedo (1923) die vele jaren later deze tango uit de vergetelheid zou redden. In 1942, geïnspireerd door de oude opname van Fresedo, vroeg Anibal Troilo aan Enrique Cadícamo om een tekst te schrijven, en zo ontstond "Los Mareados". Was Troilo niet helemaal tevreden ? In elk geval, in Troilo's opname (in juni van dat zelfde jaar) zingt Francisco Fiorentino slechts de eerste strofe van de tekst. Het jaar nadien slaat de censuur toe en tangos die zouden aanzetten tot "onzedelijk gedrag" worden geweerd. Cadícamo moet een nieuwe tekst schrijven, de derde al : "En El Pasado". Pas in 1950 wordt de censuur opgeheven en vanaf dan begint "Los Mareados", dus in de tweede versie, aan zijn triomf... Aan het duo Cobián-Cadícamo danken we andere klassiekers zoals El Aristócrata (Shusheta), A Pan y Agua, Niebla del Riachuelo, Nostalgias... |
Rara, |
Ongewoon, Vertaling : Tangoteca - 2007/10
|
[1] Een persoonlijke noot: in
weerwil
van mijn bewondering voor Cobián als componist, heb ik het hier
altijd een beetje moeilijk. "Rara como encendida" kan er nog mee door,
maar "Rara (...lange adem...) como encendida" (zoals in de
meeste
moderne versies) is altijd een beetje doorbijten.
[2] Dit is iets merkwaardig. In "Los Dopados", de eerste versie dus, komt, op hetzelfde "muzikale moment", het volgende voor
|
Discografie (selectie)
|
"Esquina Homero Manzi" (Boedo y San Juan - Bs As) |
Tekst : Homero Manzi - Muziek : Sebastián Piana & Cátulo Castillo Reeds eerder had ik het over teksten die niet echt bij de leeftijd van de auteur(s) passen. Deze kan er ook mee door... De bronnen wisselen een beetje, maar Homero Manzi schreef deze tekst (oorspronkelijke titel El Ciego del Violín) ergens vóór 1925, toen hij ongeveer 16 jaar, hoogstens 18 jaar, oud was. Cátulo Castillo was zelf amper 17 jaar (of was het 19 ?) toen hij de muziek schreef samen met Sebastian Piana (slechts een paar jaar ouder). Als je alle beweringen naast bekende geboortedata legt (Manzi, 1907-1951, Castillo, 1906-1975, Piana, 1903-1994) duiken een paar contradicties op, maar vast staat dat ze allen nog piepjong waren. |
Con un lazarillo [1] llegás por las noches |
Geleid [1] kom je 's nachts binnen Vertaling : Tangoteca - 2007/10
|
[1] Het Spaanse "lazarillo" is
afgeleid
van Lazaro, een romanfiguur die in zijn jeugd blinden begeleidde, en
wordt
nu ook gebruikt voor geleidehonden. Maar vermits in de tijd dat Viejo
Ciego geschreven werd, kinderarbeid waarschijnlijk goedkoper was
dan
het opleiden van honden...
[2] Evaristo Carriego, Argentijns dichter (1883-1912), dezelfde aan wie Eduardo Rovira zijn "A Evaristo Carriego" opdroeg (nu vooral bekend in de versie van Osvaldo Pugliese) [3] Vele jaren later zal Homero Manzi dit beeld herhalen in "El Ultimo Organito": el ciego inconsolable del verso de Carriego (de ontroostbare blinde uit het vers van Carriego) [4] Het Engelse spleen, in het (Argentijns) Spaans soms verbasterd tot esplin. |
Discografie (selectie)
|
|
Tekst & Muziek : Gustavo Faigenbaum Soms vraagt men mij, meewarig:
moet dat
nu allemaal, die datums en jaartallen, kan je er niet gewoon van
genieten?
Wees gerust: ik geniet ervan. Maar tango is nu eenmaal ook
"geschiedenis"
en elke opname heeft er zijn plaats in. De Argentijnse rockero groep Rubén Rubén doet hier iets geniaals: een oude vervallen link behandelen met de égards een lang verdwenen café op Corrientes waardig: Te guardaré entre mis favoritos, un bucmarc imborrable en mi corazón. Hoeveel meer tango kan je zijn ? Tango nostalgie als procédé? Waarschijnlijk wel... Is dat een probleem? Waarom zou het... Zij die denken dat dit de eerste cybertango zou zijn moet ik echter teleurstellen. Deze eer komt waarschijnlijk toe aan Cyberrante van Fernando Cornejo (Colorado, USA, 2000) |
Viejo link |
Oude link Vertaling : Tangoteca - 2007/10
|
Discografie
|
|
Tekst : Homero Manzi - Muziek : Lucio Demare Met dit verzoekje belanden we
opnieuw in
de censuurjaren, reeds eerder ter sprake gekomen in verband met Los
Mareados. Deze censuur werd vanaf de jaren 42/43 toegepast bij de radiozenders (door de dienst Radiocomunicaciones). Er werd vooral gewaakt op "aanzetting tot onzedelijk gedrag" en "grof en volks taalgebruik" (uiteindelijk werd alle Lunfardo verboden). Pas in 1949 werd, op verzoek van Manzi, Canaro, Charlo, Troilo, Cadícamo en vele anderen, de censuur opgeheven door Juan Perón (d.w.z. niet meer uitgeoefend, want er schijnen geen officiële documenten te bestaan waar op deze zou gebaseerd geweest zijn). De eerste opname door Lucio Demare, met Raúl Berón (en met de oorsponkelijke titel "Tal vez será mi alcohol"), werd uit de handel genomen en vervangen door een herwerkte versie. Deze inschikkelijkheid toont aan hoe het ook in die tijd toch al belangrijk was om via de radio gehoord te worden. Tiens, doet dat geen belletje rinkelen ? Niets nieuws onder de zon.... |
Suena el fueye [1], la luz está sobrando. Gecensureerde versie |
De bandoneon klinkt, het licht wordt overbodig Gecensureerde versie Vertaling : Tangoteca - 2008/02
|
[1] Fueye, afgeleid van fuelle,
letterlijk "blaasbalg", werd waarschijnlijk als te volks beschouwd en
daarom
vervangen door piano in de gecensureerde versie. Het benoemen
van
een bandoneon als fueye was zeer gewoon, een beetje zoals wij trekzak
zouden zeggen tegen een accordeon, maar dan gemoedelijk en zeker niet
denigrerend
bedoeld.
[2] Vrouwelijke personages in tangos. Malena (Homero Manzi - Lucio Demare, 1942) en Griseta (José González Castillo - Enrique Delfino, 1924) zullen wel voldoende bekend zijn. Maria Ester verwijst waarschijnlijk naar Milonguita/Estercita (Samuel Linning - Enrique Delfino, 1920) geïnspireerd door een zekere María Ester Dalton, en opgedragen aan de zangeres María Esther Podestá (die ook de premiére bracht in een toneelstuk). Het lijkt wel of Manzi de verschillende temas hier heeft willen samenbrengen : de droevige stem van Malena (...canta el tango como ninguna...Malena tiene pena de bandoneón...), de dood van Griseta (...pobrecita se durmió...), de eenzaamheid van Estercita (...Ay, que sola, Estercita, te sientes...). [3] De twee laatste strofes
ontbreken in
de versies van Lucio Demare. De aanpassingen die hier soms te
vinden
zijn (...y eran suavos sus manos y eran sus versos tristes como el
canto
de ese violín... - "zijn handen waren zacht en zijn verzen
triest
als het gezang van de viool") hebben voor één keer niet
met
censuur te maken maar met de "vermannelijking" van de protagonist
waardoor
de tekst meer geschikt werd om door vrouwen gezongen te worden. Deze
variant
vinden we bij Libertad Lamarque en Lidia Borda. (Opm.: de traje
uit de tweede strofe kan zowel jurk als pak of kostuum betekenen)
|
Discografie (selectie) - In
dit
geval leek het nuttig om in het jaar 1943 ook de precieze opnamedata te
vermelden. De partituur, met de titel "Tal vez será su voz", en
met het opschrift "Aprobado por Radiocomunicaciones para su libre
difusión",
zou verschenen zijn op 27-05-1943 (Ed. Julio Korn)
|
||
Uit de matrijsnummers blijkt dat de A-kant, maar niet de B-kant, aangepast werd. Dat hetzelfde uitgavenummer (8065) hergebruikt werd is ongewoon maar niet helemaal uitzonderlijk. |
|
Tekst : Armando Tagini - Muziek : Juan Venancio Clauso Een begrafenisliedje op een huwelijksfeest ? Het is niet gewoon maar het wil wel eens voorkomen. Zo veroverde Máxima de harten van Nederland door het wegpinken van een traan (1) bij "Adiós Nonino" (gespeeld door Carel Kraayenhof). Nu wil het geval dat Astor Piazzolla "Adiós Nonino" geschreven heeft (of beter: het reeds eerder geschreven "Nonino" herbewerkt heeft) naar aanleiding van de dood van zijn vader (2). We kunnen gerust aannemen dat Máxima haar literatuur kent, dus zal het misschien tóch bedoeld geweest zijn als afscheid van een afwezige vader (3). Kortom: meer dubbele bodems dan de gemiddelde Nederlander ooit beseft heeft. En met dubbele bodems is het altijd opletten geblazen. Mocht de combinatie van Mendelssohns Bruidsmars ("La Marche Nuptiale" uit de opera "Midzomernachtsdroom") met tango, zoals in "La Marcha Nupcial" (ca.1931), je ooit inspireren tot het aanbrengen van de nog ontbrekende tango touch op het trouwfeest van zoon- of dochterlief: niet doen, ik herhaal: NIET DOEN! Zelfs met de onvolledige tekst uit de versie van Biagi (die je misschien wel in gedachten had) kan het je maar beter niet overkomen dat één van je genodigden Spaanstalig is... (4) (1) Het regieverhaal achter "de
traan"
vind je hier.
|
(recitado) |
(gereciteerd) Vertaling : Tangoteca - 2008/03
|
|
|
|
|
|